Zoeken

Psalmen 78,63 - Vuur verteerde hun weerbare jeugd, geen bruidslied klonk meer voor hun dochteren;
Ezechiël 23,19 - Ze pleegde nog meer ontucht, terugdenkend aan de dagen van haar jeugd, toen ze in Egypte ontucht pleegde
Amos 7,4 - Dit liet de Heer, Jahwe, mij zien: de Heer, Jahwe riep op tot een geding door het vuur. Het vuur verteerde de grote vloed en ging ook het bouwland verteren.
Nahum 3,15 - Toch zal het vuur u verteren, zal het zwaard u uitroeien, zal het vuur u verteren, als de verslinders. Al wordt gij zo talrijk als de verslinders, al wordt gij zo talrijk als de sprinkhanen,
Leviticus 22,13 - Is zij weduwe geworden of door haar man verstoten, heeft zij geen kinderen en is zij weer terug in het ouderlijk huis, zoals in haar jeugd, dan mag zij eten wat haar vader eet. Een onbevoegde mag dat niet.
Spreuken 26,20 - Als er geen hout meer is, gaat het vuur uit. Als er geen lasteraar meer is, houdt de ruzie op.
Exodus 24,17 - De heerlijkheid van Jahwe leek voor de Israëlieten op een verterend vuur, boven op de berg.
Numeri 16,35 - Toen kwam er van Jahwe een vuur en verteerde de tweehonderdvijftig man die wierook offerden.
Psalmen 83,15 - Als een bosbrand, verterend het woud, als het vuur dat blakert de bergen,
Hebreeën 12,29 - Want onze God is een verterend vuur.
Romeinen 15,23 - Maar nu heb ik in deze streken geen arbeidsveld meer, en al jaren verlang ik vurig u te bezoeken,
2 Koningen 1,10 - Maar Elia antwoordde de bevelhebber van vijftig: `Als ik een man Gods ben, dan moge er vuur uit de hemel komen en u en uw vijftig mannen verteren.' En er kwam vuur uit de hemel en verteerde hem en zijn mannen.
2 Koningen 1,12 - Maar Elia antwoordde hem: `Als ik een man Gods ben, dan moge er vuur uit de hemel komen en u en uw mannen verteren.' En er kwam vuur uit de hemel en verteerde hem en zijn mannen.
Leviticus 10,2 - Toen ging er van Jahwe een vuur uit, dat hen verteerde. Zo vonden zij voor Jahwe de dood.
2 Samuel 22,9 - Er kwam rook uit zijn neus en verterend vuur uit zijn mond, die gloeiende kolen spuwde.
Psalmen 18,9 - Rook sloeg van zijn adem omhoog, verterend vuur kwam uit zijn mond, verschroeiend sloeg het van Hem af.
Zacharias 11,1 - Open, Libanon, uw poorten, laat het vuur uw ceders verteren.
Hebreeën 10,27 - maar alleen een schrikwekkend uitzicht op een oordeel en een begerig vuur, dat de vijanden van God wil verteren.
2 Makkabeeën 2,10 - zoals er op Mozes' gebed tot de Heer vuur uit de hemel was neergedaald, zo daalde er ook op zijn gebed vuur neer en dit verteerde de brandoffers.
Ezechiël 15,7 - Ik keer Mij tegen hen; al zijn ze aan het vuur ontsnapt, toch zal het vuur hen verteren; ge zult erkennen dat Ik Jahwe ben, als Ik mij tegen hen keer
Klaagliederen 5,14 - De oudsten blijven weg uit de poort, de jeugd denkt niet meer aan muziek.
Deuteronomium 28,50 - een wreed volk, dat de oude mensen niet ontziet en geen medelijden heeft met de jeugd.
Psalmen 129,2 - hoe hebben ze mij van mijn jeugd af bekneld, maar ze hielden geen macht over mij.
Ezechiël 19,14 - Van zijn tak is een vuur uitgegaan en heeft zijn twijgen en vruchten verteerd. Geen sterke tak heeft hij meer over, geen staf om te heersen. Dit is een klaaglied, en als een klaaglied wordt het ook gebruikt.
Maleachi 1,10 - Was er onder u maar iemand, die de deuren dichtdeed, zodat er geen doelloos vuur meer op mijn altaar werd ontstoken. Ik heb geen welgevallen in u, zegt Jahwe van de machten, en het offer uit uw handen behaagt Mij niet.
Psalmen 89,46 - de dagen verkort van zijn jeugd, hebt met schande hem overdekt.
Leviticus 9,24 - Van Jahwe ging een vuur uit, dat het brandoffer en de stukken vet op het altaar verteerde. Toen het volk dat zag, begon het te juichen en wierp zich ter aarde.
Numeri 11,1 - Eens jammerde het volk tot Jahwe, dat het hun slecht ging. Toen Jahwe dat hoorde, ontstak Hij in toorn. Het vuur van Jahwe laaide bij hen op en verteerde een hoek van het kamp.
Numeri 26,10 - De aarde had zich toen geopend en hen verslonden, evenals Korach die met zijn aanhangers de dood had gevonden, toen het vuur tweehonderdvijftig man verteerde. Zo waren zij een waarschuwend teken geworden.
1 Koningen 18,38 - Toen sloeg het vuur van Jahwe neer, verteerde het brandoffer, het hout, de stenen en het stof; het likte zelfs het water in de geul op.
2 Kronieken 7,1 - Toen Salomo zijn gebed beëindigd had, viel er vuur uit de hemel; dit verteerde het brandoffer en de slachtoffers, en de glorie van Jahwe vervulde de tempel.
Psalmen 50,3 - Hij nadert, God, breekt het zwijgen; verterend vuur gaat voor Hem uit, het stormt rondom Hem vervaarlijk.
Wijsheid van Jezus Sirach 45,19 - De Heer zag het en het behaagde Hem niet en door zijn woedende toorn werden zij verdelgd. Hij verrichtte wondertekenen aan hen en verteerde hen in zijn vlammend vuur.
Jesaja 30,30 - Jahwe zal zijn machtige stem doen horen en zijn striemende arm laten zien, in grimmige toorn en in vlammen van verterend vuur, in wolkbreuken, stortregens en hagelbuien.
Jesaja 33,11 - Van stro zijt gij zwanger, kaf zult gij baren, als een vuur zal mijn adem u verteren.
Jesaja 33,14 - In Sion schrikken de zondaars, de bozen sidderen van angst: Wie van ons is tegen dit verterend vuur bestand? Wie houdt het uit bij die aanhoudende gloed?
Jacobus 5,3 - uw goud en zilver is verroest. Die roest zal tegen u getuigen en als een vuur uw vlees verteren. Schatten hebt gij verzameld, terwijl het de laatste dagen zijn.
Apokalyps / Openbaringen 11,5 - Als iemand hun kwaad wil doen, komt er vuur uit hun mond om hun vijanden te verteren; ja, wie hun kwaad wil doen, moet aldus sterven.
Apokalyps / Openbaringen 20,9 - En zij stegen op naar de hoogvlakte der aarde, en zij omsingelden de legerplaats der heiligen en de geliefde stad. Maar vuur viel neer uit de hemel en verteerde hen.
1 Koningen 18,29 - Het middaguur verstreek, maar zij gingen er als razenden mee door tot de tijd van het avondoffer; maar er klonk geen antwoord; zij vonden geen gehoor.
Ezechiël 16,22 - En bij al die gruweldaden en die ontucht heb je niet meer teruggedacht aan de dagen van je jeugd en aan de tijd dat je moedernaakt lag te trappelen in je bloed.
Exodus 12,30 - Die nacht kwamen Farao en al zijn hovelingen en alle Egyptenaren overeind, en een luid geschreeuw klonk over Egypte, want er was geen huis zonder dode.
Job 24,20 - zijn moeder vergeet hem, die wormen verteren hem, niemand denkt meer aan hem. De onrechtvaardige wordt geveld als een boom.
Psalmen 25,7 - wees hetgeen ik misdeed in mijn jeugd, wees mijn dwalingen niet steeds indachtig, doch zie in uw ontferming mij aan.
Ezechiël 23,21 - Zo ben je teruggevallen in het schandelijk leven van je jeugd, toen Egyptenaren je boezem streelden en je jonge borsten betastten.
Wijsheid van Jezus Sirach 30,12 - Buig zijn nek in zijn jeugd en breek hem de ribben, zolang hij nog jong is; anders wordt hij onhandelbaar en gehoorzaamt hij u niet meer.
Jesaja 47,15 - Meer zijn zij niet voor u, die tovenaars met wie gij u hebt moegemaakt vanaf uw jeugd. Ieder loopt op zijn manier verloren. Niemand is er, die u redt.
Jeremia 6,11 - Ik ben vol van de toorn van Jahwe; ik kan hem niet meer bedwingen. Stort hem uit over de kinderen op straat en over de opgroeiende jeugd. Ook mannen en vrouwen worden gevangen genomen, grijsaards en ouden van dagen.
Rechters 6,21 - De engel van Jahwe bewoog de stok die hij in zijn hand had naar het vlees en de ongezuurde broden en raakte die met de punt van de stok aan; toen laaide er uit het rotsblok een vuur op dat het vlees en de ongezuurde broden verteerde. Daarop verdween de engel van Jahwe uit zijn ogen.
1 Kronieken 21,26 - Hij bouwde er een altaar ter ere van Jahwe, droeg brandoffers op en slachtoffers, en riep Jahwe aan. En Jahwe antwoordde met vuur uit de hemel, dat het brandoffer op het altaar verteerde.